Meteo Delfzijl

Gebruikerswaardering: 3 / 5

Ster actiefSter actiefSter actiefSter inactiefSter inactief
 

Vuistregels

Vuistregels.

Vuistregel 1: Winterweer gegarandeerd vanaf een 850-temperatuur van -10 of lager. Alle eventuele buien zullen dan sneeuwbuien zijn.

Vuistregel 2: In de zomer is de maximumtemperatuur, op een dag met zonnig weer, de temperatuur op 850 millibar plus 15 tot 17 graden.

Vuistregel 3: De isobarenafstand bepaalt de windsterkte. Het luchtdrukverschil, gemeten over 5 breedtegraden, maal 2,5 en dat maal 0, 7, is sterkte van de wind (op zee).

Vuistregel 4: Het occlusiepunt is het meest actieve deel van de depressie! De straalstroom loopt hier ongeveer recht over heen.

Vuistregel 5: Is het verschil in temperatuur tussen het zeewater en de 500 millibar-temperatuur meer dan 40 graden, dan is er kans op zwaardere buien en onweer.

Vuistregel 6: Zware windhozen ontstaan altijd in de zomer en ontstaan bij onweerbuien die een eindje voor het front uitlopen. Ook zware zomerse hagelbuien ontstaan voor het front. Is het front voorbij, dan zijn er slechts buien met kleine hagelstenen.

Vuistregel 7: Onweer in zomer ontstaat daar waar de luchtdruklijnen licht naar elkaar toe bewegen.

Vuistregel 8: Velden met lage bewolking worden verplaatst met de stroming langs de isobaren. Als de isobaren dan krom zijn, heeft de bewolking de neiging op te lossen.

Vuistregel 9: Warmtefronten zijn het meest actief in een westelijke stroming.

Vuistregel 10: Koufronten geven meestal geen extreme regens, maar wel vaker onweer.

Vuistregel ]]: De straalstroom loopt over het occlusiepunt en het noordelijkste puntje van de warme sector.

Vuistregel 12: Hagel in de winter komt vooral voor vanaf een temperatuur op 850 van -5.

Vuistregel 13: "Mist om 1 uur 's middags, is mist tot de volgende dag".

Vuistregel 14: De sterkte van de vrije of ongestoorde wind (evenredig met de afstand tussen de isobaren) is de sterkte van de windstoten bij wat zwaardere buien! Of ook: De wind op 850 mbar is de sterkte van de windstoten bij buien.

Vuistregel 15: Als de 850-temperatuur -9 graden af lager is, dan is sneeuw uit buien waarschijnlijk. Is die temperatuur -11 of lager, dan zijn álle buien sneeuwbuien. Ook valt er dan geen hagel meer en na een sneeuwbui blijft de sneeuw liggen. Eventueel kan bij een sneeuwbui ook onweer voorkomen.