In het kader van de jaarlijks georganiseerde Nacht van de Nacht op de laatste zaterdag in oktober voor de overgang van de zomertijd naar de wintertijd wordt een verband gelegd tussen de sterrenkunde en de donkere nachten. De duisternis is in ieder geval voor de mensheid van belang geweest om te beseffen dat er rond de aarde meer is dan alleen maar de zon. De sterren geven een indruk dat de aarde deel uitmaakt van een groter geheel. Eén van de eigenschappen van de sterren is dat zij onderling (nagenoeg) steeds dezelfde posities innemen. Voor de planeten geldt dat niet. Dit was een reden voor Tycho Brahe om de positie van de planeet Mars als een functie van de tijd vast te leggen. Tegen het eind van de 16de eeuw gebruikte hij daarvoor onder andere een kwadrant. Voor deze waarnemingen waren natuurlijk donkere nachten nodig.
Johannes Kepler mocht gebruik maken van de waarnemingen van Tycho Brahe en leidde daaruit in 1609 en 1619 zijn drie bekende wetten af, die uitgingen van het principe dat niet de aarde, maar de zon het centrum van rotatie is. De gravitatietheorie van Newton (1670) en de relativiteitstheorie van Einstein (1905) zijn op de wetten van Kepler gebaseerd, en uiteindelijk dus ook op de donkere nachten. De huidige welvaart is dan ook te danken aan de voortgang van de wetenschap en enig respect voor de duisternis is dan ook wel op zijn plaats. Nadat ook de theorie van het elektromagnetisme van Maxwell zijn intrede had gedaan konden de atoomfysica en de kernfysica zich ontwikkelen en kon rond 1920 worden aangetoond dat de energieproductie van de zon gebaseerd is op de fusie van atoomkernen van waterstof. Internationaal worden nu pogingen gedaan om dit ook op aarde op een gecontroleerde manier mogelijk te maken. Vanwege het vele waterstof in de oceanen kan hiervan nog jaren gebruik worden gemaakt.

VAN ZOMERTIJD NAAR WINTERTIJD
In de Nacht van de Nacht wordt tevens overgestapt van de zomertijd naar de wintertijd. Daartoe wordt de klok om 03:00 uur MEZT een uur teruggezet naar 02:00 MET. Dat hiermee de nacht een uur langer wordt is natuurlijk je reinste onzin. Van een uur langer slapen komt ook niets terecht, omdat je gewoon en uur “te vroeg” wakker wordt. Bovendien leidt het klokverzetten tot misverstanden. Wat is eigenlijk het nut van een zomertijd? De natuur verandert er toch niet door? Een mens kan toch zijn eigen tijd indelen?